Cors ( Christianus) Claasz Lamphen
Cors ( Christianus) Claasz Lamphen,
geb. op 13-01-1716 te Blaricum,
ged. Rooms Katholiek op 13-01-1716 te Blaricum; dgt. Cors Claasz,
Impost trouwen: Lamphe,
ovl. op 12-07-1759 te Huijzen; <= 1760; 184-3180; 10-10-1760,
begr. op 12-07-1759 te Huijzen; Pro Deo,
, -
ORA-184-3180; 23-11-1757: Jacob Claasz Lamphen; en Jacob Claasz Glaasemaker als in huwelijk hebbende Jaapje Claas, en welke Jacob Claasz Lamphen en Jaapje Claas beijde kinderen en mede-erfgenamen zijn van beijde wijlen Claas Wijgertsz en
Marritje Tijmens in leven egteluijden gewoond en overleden alhier te Huijsen. Gaan proces voeren tegen de mede-erfgenamen. Dat onder de mede-erfgenamen sig onder anderen mede bevindt Rut Claasz wonende te Blaricum en derhalve gedagvaart moet
worden. CONTRA Wijgert Claasz, Tijmen Claasz, en Cors Claasz en Rut Claasz, insgelijk alle kinderen en meede erfgenamen van Evengedagte Claas Wijgertsz en Marritje Tijmens
-
ORA-184-3180; 10-10-1760: Nicolaes de Bruijn van Erchell procureur CONTRA Geertje Cornelis (Coeman) weduwe en in gemeenschap van goederen getrouwt geweest sijnde met wijlen Cors Claasz, Gerrit (Danielsz) Sikkema en Wijgert (Jacobsz) Bakker als
voogden over Marritje, Jacob, Grietje, Claas, Gerrit, Jaapje, Teuntje en Cornelis Corsse nagelaten kinderen en erfgenamen ab intestato van hunne overleden vader wijlen Cors Claasz, voorts Rut Claasse gedaegden, worden gecondemneerd tot betaling
van f 39:17 ter zake van verdient salaris van voorn: wijlen Cors Claasz en de laaste gedaagde Rut Claasz als erfgenamen van derselver voor-overleeden ouders wijlen Claas Weijgertsz en Marritje Thijmens geprovenieerde sijnde
-
ORA-184-3180; 16-01-1761: Tot voogden over de agt (8) kinderen van wijlen Cors Claasz verwekt aan Geertje Cornelis Coeman, genaamt Marritje, Jacob, Claas, Grietje, Gerrit, Teuntje, Cornelis en Jaapje Corssen werden gesteld Gerrit Danielsz
Siccama en Wijgerd Jacobsz Bakker.- Vader:
Claes Wijchertsz Lamphen, zn. van Wijchert Claesz Lamphen ( Lamffen) en Jaepje Claes ,
geb. op 24-07-1687 te Blaricum; Koptienden Eerste: 1730-50,
ged. Rooms Katholiek op 24-07-1687 te Blaricum; dgt. Gijsbertje Jans,
ovl. op 07-04-1755 te Huijsen; Koptienden Blaricum Laatste: 1758-46,
begr. op 07-04-1755 te Blaricum; Impost f 3,-,
, -
CLAAS WIJGERDSE
Blaricum Koptienden (1730-50 1758-46):
1730-50: v. Wijgert Klase Lamffen 3 Spt 2 kop 1/4
1734-50: staat nog onder Laarn F. 64
t/m 1735-50: Situatie: 3 Spt 2 kop 1/4
- Afgezet op onbekende 2 kop 1/4
1737-50: Situatie: 3 Spt
1741-50: Sluij vanaf 1758-46
t/m 1758-46: Situatie: 3 Spt
- ALLEMAAL BIJ KOOP:
1760-46: op Dirk Willemz Kooij 6 kop
1760-48: op Wed. Gerrit Duurkant 1 Spt 3 kop
1760-50: op Teunis (Lambertsz) Puijk 5 kop
1760-54: op Willem Gijsbertzen 2 kop
-
Blaricum-Dopen-RK; 25-07-1687: Claes, V: Wiggert Claessen, M: Jaepje Claes, dgt. Gijsbertje Jans
-
Blaricum-Begraven-Kosten; Claas Wijgertz, van Huijsen alhier te begraven gebragt: f 3,-
-
ORA-184-3180; 23-11-1757: Jacob Claasz Lamphen; en Jacob Claasz Glaasemaker als in huwelijk hebbende Jaapje Claas, en welke Jacob Claasz Lamphen en Jaapje Claas beijde kinderen en mede-erfgenamen zijn van beijde wijlen Claas Wijgertsz en
Marritje Tijmens in leven egteluijden gewoond en overleden alhier te Huijsen. Gaan proces voeren tegen de mede-erfgenamen. Dat onder de mede-erfgenamen sig onder anderen mede bevindt Rut Claasz wonende te Blaricum en derhalve gedagvaart moet
worden. CONTRA Wijgert Claasz, Tijmen Claasz, en Cors Claasz en Rut Claasz, insgelijk alle kinderen en meede erfgenamen van Evengedagte Claas Wijgertsz en Marritje Tijmens
-
ORA-184-3221A086; 24-03-1758: Wijgerd Claasz en Tijmen Claasz soonen van wijlen Marritje Tijmens Wed.v. Claas Wijgertsz woonagtig alhier, doen verklaring over opname inventaris van wijlen haar moeder
-
ORA-184-3180; 10-10-1760; geprovenieerd geweest,
tr. op 01-01-1711 te Blaricum; Pro Deo.
- Moeder:
Marritje Tijmens Vos, dr. van Tijmen Lambertsz Vos en Grietje Rutgers ,
geb. op 16-01-1688 te Blaricum,
ged. Rooms Katholiek op 16-01-1688 te Blaricum; dgt. Eijbetje Rutgers,
ovl. op 15-01-1757 te Huijzen,
begr. op 17-01-1757 te Blaricum; Impost f 3,-,
, -
Blaricum-Begraven-Kosten; 17-01-1757: Marrritje Tijmenz van Huijsen alhier begraven: f 3,-
-
ORA-184-3180; 23-11-1757: Jacob Claasz Lamphen; en Jacob Claasz Glaasemaker als in huwelijk hebbende Jaapje Claas, en welke Jacob Claasz Lamphen en Jaapje Claas beijde kinderen en mede-erfgenamen zijn van beijde wijlen Claas Wijgertsz en
Marritje Tijmens in leven egteluijden gewoond en overleden alhier te Huijsen. Gaan proces voeren tegen de mede-erfgenamen. Dat onder de mede-erfgenamen sig onder anderen mede bevindt Rut Claasz wonende te Blaricum en derhalve gedagvaart moet
worden. CONTRA Wijgert Claasz, Tijmen Claasz, en Cors Claasz en Rut Claasz, insgelijk alle kinderen en meede erfgenamen van Evengedagte Claas Wijgertsz en Marritje Tijmens
-
ORA-184-3180; 10-10-1760: Nicolaes de Bruijn van Erchell procureur CONTRA Geertje Cornelis (Coeman) weduwe en in gemeenschap van goederen getrouwt geweest sijnde met wijlen Cors Claasz, Gerrit (Danielsz) Sikkema en Wijgert (Jacobsz) Bakker als
voogden over Marritje, Jacob, Grietje, Claas, Gerrit, Jaapje, Teuntje en Cornelis Corsse nagelaten kinderen en erfgenamen ab intestato van hunne overleden vader wijlen Cors Claasz, voorts Rut Claasse gedaegden, worden gecondemneerd tot betaling
van f 39:17 ter zake van verdient salaris van voorn: wijlen Cors Claasz en de laaste gedaagde Rut Claasz als erfgenamen van derselver voor-overleeden ouders wijlen Claas Weijgertsz en Marritje Thijmens geprovenieerde sijnde.
relatie (1)
met
Claesje Martens Bout, dr. van Marten Jansz Bout en Hendrickien Joosten Westlandt,
geb. op 31-03-1726 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 31-03-1726 te Huijsen,
184-3179; 28-04-1747a: nagel.minderj.kind,
184-3220; 24-11-1747:,
ovl. op 22-03-1756 te Huijzen,
begr. op 22-03-1756 te Huijzen; Pro Deo.
Uit deze relatie:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Zoon | *1747 | | †1747 | Huijsen | 0 | 0 | 0 |
tr. (2) op 27-04-1748 te Huijsen; Impost 27-04-1748: Pro Deo
met
Geertje Cornelis Koeman, dr. van Cornelis Gerritsz of Swarte Kees Koeman en Grietien Pieters Miester,
geb. op 31-10-1728 te Huijsen,
ged. Gereformeerde Gemeente op 31-10-1728 te Huijsen,
ovl. op 17-05-1784 te Huijsen,
begr. op 17-05-1784 te Huisen; Grafnr. 7,
tr. (2)
met Lammert Jansz Schaep.
Uit dit huwelijk:
| naam | geb. | plaats | ovl. | plaats | oud | relatie | kinderen |
1 | Jacob | *1748 | | †1825 | Huizen | 77 | 1 | 0 |
2 | Marritje | *1750 | Huizen | †1779 | Blaricum; Maritje Corsse | 29 | 0 | 0 |
3 | Gerrit | *1751 | Huijsen | †1839 | Blaricum | 88 | 1 | 13 |
4 | Grietje | *1753 | | †1835 | Huizen | 82 | 2 | 6 |
5 | Klaas | *1754 | Huizen | †1820 | Huizen; 66 jaar | 66 | 2 | 4 |
6 | Jaapje | *1754 | Huizen | †1827 | Huizen, wonende N. 120 | 73 | 0 | 0 |
7 | Teuntje | *1756 | Huijzen | †1812 | Huizen | 56 | 1 | 11 |
8 | Cornelis | *1758 | Huijzen | †1848 | Huizen | 89 | 1 | 9 |
>